De Kindervoet


Als een kind net begint met lopen, zit er onder de voetzool nog een dik vetkussen dat in de loop der eerste levensjaren verdwijnt. Er is nog geen voetboog zichtbaar. De benen staan in O-stand en de voeten staan naar buiten gedraaid, voor meer stabiliteit.

2 tot 3 jaar

Bij peuters verandert rond het tweede levensjaar de O-stand van de benen in een X-stand van de benen, maar heeft het kind nog steeds platvoetjes. Het babyvet verdwijnt onder de voeten. Tot het vierde levensjaar is het normaal dat een kleuter veel struikelt, het leren lopen gaat met vallen en opstaan.

5 tot 8 jaar

De voetjes zijn nog plat tot het vijfde levensjaar, maar vanaf die tijd begint de voetboog te ontwikkelen. Tussen het 5e en 7e levensjaar zal de X-stand van de voeten langzaam verminderen. Als uw kind 8 jaar is beginnen de benen en voeten recht staan.

Het kan zijn dat de voeten en/of de grote tenen van uw kind wat naar binnen staan, dit lost meestal vanzelf op voor het twaalfde levensjaar. Wanneer dit echter klachten oplevert of wanneer dit zorgt voor overmatig vallen en struikelen, dan is het raadzaam om een afspraak te maken.

Wanneer een afspraak

In de volgende gevallen is het verstandig een afspraak te maken met een arts of podotherapeut:

  • Bij regelmatig vallen of struikelen.
  • Niet lang kunnen of willen lopen.
  • Vermoeidheid in de voeten of benen.
  • Afwijkende of kromme stand van de tenen.
  • Pijn in de voeten, enkel, knieën of rug.
  • Pijn bij intensieve belasting zoals sporten.
  • Ingegroeide teennagels.
  • Als je kind na het zevende levensjaar nog steeds platvoeten of X-benen heeft.